H O B B Y   P U K
==============
van Hobby Club Dordrecht.

Redactie: D.J. Jongeneel, A.S. Fok en P.J. van de Weg
Redactieadres: Houttuinen 13, Dordrecht.
Gironummer: 601060 t.n.v. penn. Hobby Club Dordrecht.
Clublokaal: Hellingen 7, Wo 7 ½-10, Za 2 ½ -5 ½ en 7 ½ -10 u.
7e jaargang, nummer 1 maart 1961.
================================================

I N H O U D :
-------------
Van de Redactie
Bericht van A. Kastelein uit Amerika
Van het Bestuur
In het rijk der Chemie
Ledenlijst
Luisteren naar Muziek
Iets over Dordrecht
Voorbereidingen voor de tentoonstelling
Balans over 1960 + Begroting over 1961
Voor wie dit leest
De kracht van het Kleine
Schot in de Lucht
Jaarverslag over 1960
Overzicht Commissie
11 jaar Hobby Club
Puks Peins Pagina
medewerkers aan dit nummer:
Corry Timmermans; Arend Kastelein; Dirk Jan Jongeneel; Ries Fok; Ru Sevenhuysen en Paul van de Weg.

=======================================

V A N   D E
R E D A C T I E .
============

Ondanks de goede redaktionele voornemens, welke U in het vorige nummer werden voorgespiegeld, verscheen dat nummer wel bijzonder laat, waarvoor de redaktie nogmaals haar verontschuldiging aanbiedt. Door allerlei oorzaken is de uitgave van dit nummer ook vertraagd, zij het dan niet in die mate als het vorige nummer. De Heer Ru Sevenhuysen heeft zich direct bereid verklaart de rubriek "Luisteren naar Muziek" ook onder de nieuwe redactie te verzorgen, waarvoor wij hem bij deze dank willen zeggen. Tot onze grote spijt zullen er deze keer geen nieuwe tekeningen van Wim Dolk te vinden zijn, aangezien hij binnenkort zijn eindexamen moet doen. De redactie wenst hem alle sterkte toe en hoopt dat hij met vlag en wimpel door dat examen mag komen. Van Arend Kastelein ontvingen wij uit Amerika een bijdrage in de vorm van een brief aan alle leden en een vervolg op zijn Studierubriek. In dit nummer vinden jullie een nieuwe rubriek en een vervolg op de serie "De Kracht van het Kleine", terwijl voor het eerst sinds lange tijd weer een ledenlijst is opgenomen. Van de penningmeester ontvingen wij ook een bijdrage, welke bestond uit een balans over het jaar 1960 en een begroting voor het jaar 1961. Tot slot danken wij H. H. adverteerders voor hun begrip wat de moeilijkheden betreft waarmee wij te kampen hebben bij het uitbrengen van de Hobby Puk.

-----------------------------------------------------------------------------------

BERICHT van A. KASTELEIN uit AMERIKA.

2965 S. W. 120th Ave.
Beaverton. Oregon.
7 november 1960.

Lieve en Beste Leden van Hobby Club Dordrecht,

Mogelijk zijn jullie geïnteresseerd in mijn belevenissen, hier, aan de andere kant van de wereld. En mocht mijn persoon dat niet doen, dan vinden jullie het misschien wel leuk om te lezen hoe een landgenoot het prachtige land aan de Westkust van Amerika beoordeelt. Dat prachtige land, Oregon, is een van de Noordelijke Staten en ligt ongeveer op de hoogte van Frankrijk. Het klimaat is iets warmer dan in Nederland. Verder regent het alleen in de herfst en in de winter. 's Zomers is het maanden achtereen prachtig weer. De herfst maak ik nu zelf mee. Tot nog toe is het heel wat mooier geweest dan de gemiddelde Hollandse zomer. Gisteren ben ik wezen pick-nikken en heb prachtige klimpartijen en wandeltochten gemaakt. Alhoewel Oregon ettelijke malen groter is dan Nederland wonen re ongeveer een goede miljoen mensen. Er zijn dan ook enorm uitgestrekte onontwikkelde gebieden waar de natuur ongerept is. Die natuur bestaat uit wouden met alle mogelijke soorten bomen. Je treft er onder geweldige reuzen aan. In Nederland is heel bekend het Oregon-Pine, veel gebruikt voor heipalen. De grond is bergachtig met diverse bergruggen waarin pieken tot 4200 meter voorkomen. Omdat hout zo goedkoop is, is dit het belangrijkste constructiemateriaal. De meeste huizen zijn uitsluitend van hout gemaakt. In de open haarden die je in alle huizen vindt worden houtblokken gestookt.
Zoals er in Nederland talloze verenigingen zijn, zoals de Hobby Clubs, andere jeugdverenigingen, vrouwenverenigingen enz., wordt er in Amerika verenigd in schoolverband. Sport d.w.z. balwedstrijden, vormen een belangrijk punt in de Amerikaanse schoolopvoeding. De ouders bezoeken maandelijks voor elk kind de Dads' en Moms' clubs. Het contact tussen de ouders en de school is heel nauw. Een Hobby Club zoals we die in Dordrecht hebben, geheel in handen van de jongeren zelf, lijkt me hier dan ook niet mogelijk. Het verkeer is geheel gebaseerd op autoverkeer. Fietsen worden heel zelden gebruikt en worden meer beschouwd als speelgoed. De kinderen worden met een schoolbus opgehaald om naar school te gaan en worden ook weer teruggebracht. Trottoirs ontbreken ook. Behalve uiteraard in de winkelcentra. De Amerikanen zijn hier rustig, vriendelijk en behulpzaam en missen volkomen het jachtige en zakelijke element waar ze voor bekend staan. Mijn adres staat bovenaan. Wil je meer weten of iets speciaals, schrijf gerust en vraag. Ik doe dagelijks mijn best om foto's te maken die ik later kan laten zien. Dit voor de ongelovigen onder jullie.

Arend.

=======================================

Van het bestuur.

De Hobby Club is nauw verbonden met de sanering, omdat de Hellingen geslecht zullen worden en dus ook het lokaal, waarin wij thans huizen. Het bestuur van de H.C. heeft in verband hiermee een verhuiscommissie in het leven geroepen, die de taak heeft gekregen om naar een geschikte ruimte om te zien, contacten te leggen en plannen te maken voor de toekomst.
Deze commissie heeft haar taak ernsig opgevat en is steeds druk bezig met de verwezelijking van de plannen. Bovendien heeft zij nog een andere taak tot zich getrokken, nl. het organiseren van een werktentoonstelling, welke inmiddels is gehouden en die een groot succes is geworden. Het bestuur hoopt dat alle hobbyanen hun medewerking zullen verlenen aan de uitwerking van de plannen. Dat deze groots zijn, zal ieder die de algemene ledenvergadering op 12 November 1960 gehouden, heeft bijgewoond, kunnen beamen. Zijn we eenmaal aan de verhuizing toe, dan zal iedereen zijn of haar hobbie kunnen botvieren op de inrichting van het nieuwe lokaal. Het nieuwe bestuur, op de A.L.V. in november 1960 gekozen, en inmiddels met toestemming van de A.L.V. uitgebreid en gewijzigd, bestaat uit:
Voorzitter : Paul J. v.v. Weg
1e secretaresse : Corry E.M. Timmermans
penningmeester : Dirk Jan Jongeneel

tezamen het dagelijks bestuur vormend, en verder nog

Algemeen adjunct:Frits Jongeneel
2e secretaresse : Matty E. Vlaskamp
materiaalcommissaris: Giel van der Panne
ass.materiaalcomm. : Rien M. Busiek.

Op de vergadering van 12 november anno passato ontvingen Ries Fok en Wim de Leeuw van Weenen een zilveren H-tje,hetgeen de dank symboliseert van de Hobby Club.

Het nieuwe bestuur, dat haar taak met de meeste ernst opvat, heeft als leiddraad gekozen: breng de H.C. tot zo groot mogelijke bloei.

Namens het bestuur:
Corry Timmermans, 1e secretaresse.

IN HET RIJK DER CHEMIE.
==================

De bedoeling van deze artikelenserie is jullie eens iets nader in te lichten over de Chemie in het algemeen. Om over de chemie, ook wel scheikunde genaamd, te kunnen spreken, moeten we eerst weten, wat we onder dat woord verstaan.
Welna, scheikunde is die tak van de natuurwetenschappen, welke zich bezighoudt met de blijvende verandering van stoffen. Laat ik dit illustreren met een paar voorbeeldjes: Water bevriest en wordt ijs, zet je dit ijs op een vuur, dan komt eerst water terug, en bij lang verhitten gaat dit zelfs over in damp. Deze damp koelt af en wordt weer gewoon water. Dit is geen blijven de, maar een tijdelijke verandering en is daarom ook geen scheikundig verschijnsel. Maar als je nu een mengsel van zwavel en ijzer in een bepaalde verhouding gaat verhitten, dan gloeit het plotseling en als alles is afgekoeld, heb je een nieuwe stof gekregen. Dit is wel een scheikundig verschijnsel.
Voordat ik met jullie iets behandel, zal ik je eerst een paar symbolen leren. Met symbolen bedoelen we letters, die een bepaald element aanduiden. Ik gebruik hier weer een woord, element, waarvan jullie nog niet de betekenis weet, en zal dat daarom maar eerst toelichten. In de natuur komen 92 elementen voor, stoffen die men niet kan splitsen. Als je bijvoorbeeld een hoopje aluminiumoxide neemt, en je zou in staat zijn dat steeds maar te splitsen, dan zou je op een gegeven ogenblik een miniscuul deeltje hebben gekregen, dat indien je het op zijn beurt weer zou kunnen splitsen twee heel andere stoffen zou opleveren, namelijk twee atomen aluminium en drie atomen zuurstof. Deze atomen aluminium en zuurstof kun je niet meer verder splitsen. Dat miniscule deeltje noemt men een molecuul. De stoffen, die men niet meer verder kan splitsen, noemt men elementen en alle stoffen op aarde bestaan uit een verbinding van twee of meer elementen, of uit het element zelf. Het kleinste deel van zo'n element heet een atoom, terwijl men het kleinste deel van een verbinding molecuul heeft genoemd.

Na deze uitweiding gaan we weer verder met onze symbolen. Zoeven had ik het over aluminiumoxide, waarvan elk molecuul bestaat uit twee atomen Aluminium en drie atomen Zuurstof. Het zou veel te vermoeiend en omslachtig zijn om telkens het woord aluminiumoxide voluit te schrijven. Daarom voerde men een soort stenografie in de scheikunde in. Men sprak af, dat als men aluminium bedoelde, men Al zou schrijven, terwijl voor zuurstof de letter O werd gekozen. De naam aluminiumoxide kunnen we dus voorstellen door AlO, maar dat zou niet volledig zijn, want we hebben nog niet aangegeven dat er 2 atomen aluminium zijn en 3 atomen zuurstof. Daarom schrijven we Al2O3. Hoewel velen spreken van aluminiumoxide, is dit niet de werkelijke naam, want die luidt aluminiumtrioxide. Tri is een grieks telwoord en betekent drie.
We zullen voor deze keer eindigen met een aantal symbolen van belangrijke elementen, zodat we eventueel de volgende keer formules kunnen gebruiken.

Waterstof H Aluminium Al Fosfor P
Zuurstof O Mangaan Mn Kwikzilver Hg
Koolstof C Jodium I Kalium K
Natrium Na Broom Br Zwavel S
IJzer Fe Goud Au Silicium Si
Chloor Cl Magnesium Mg Cobalt Co
Platina Pt Chroom Cr Stikstof N
Calcium Ca Lood Pb Barium Ba
Zilver Ag Nikkel Ni Fluor F
 

Paul.

=======================================

LEDENLIJST van HOBBY CLUB DORDRECHT.
===============================
Sinds lange tijd heeft een ledenlijst in de Hobby Puk ontbroken, en dat is dan ook de reden dat ditmaal een volledige lijst van de leden van Hobby Club Dordrecht wordt opgenomen. De leden voor wier naam een sterretje staat zijn aspirantleden. Voorts zullen er voor de Hobbies de volgende afkortingen worden gebruikt:
Afd. Radio: R; Afd. Fotografie: F; Afd. Artistieke Hobbies: AH; Afd. Scheikunde: S; Afd. Modelbouw: M; Afd. Omroep: O; Afd. Toneel: T; Afd. Astronomie: As; Groep-X: X; Redactie: Red.

R.Apon A.C.Singel 384 R; F
J. Bar (m) Zuidendijk 11 AH
M. v.d. Brink (m) Valeriusstraat 33 AH; F
R. Busink Boeroestraat 35 R
P. Dielhof Karonjestraat 32 R
J. van Dijk Floresstraat 75 R
P. de Graaff Oranjepark 15 R
F. van Hees Viottakade 43 R
C. Hello Noordendijk 115 R; X
H. Hilbink Gr. Beerstr. 30 Zwijndr. R
A.S. Fok Houttuinen 13 Red;R;As;F;X.
D.J. Jongeneel Corn. de Wittstr. 73 S;As;M;Red;X.
F. Jongeneel Corn. de Wittstr. 73 M;O
W. de L. van Weenen Buitenkalkhaven 3 R;F;X
L.P. Moret Kromhout 91 R;O
P. Megens Nieuwstraat 113 R;F;X
E. Nelisse Lombokstr. 26 R
M. van der Panne Weteringsingel 24, Papendr. M
W.Punt Mijlweg 7 R
R. Schouten Marnixstr. 34 R
M. Vlaskamp v.d. Kloosterstr. 14 F
F. van Vendeloo Pettenhof 1 R
A. Verheul Boeroestr. 74 R;O;T;X
P. de Waard Fr. Lebretlaan 8 R;X
P.J. van de Weg Wijnstraat 207-209 S;As;M;X;Red.
A. Stolk (m) Valeriusstr. 27 AH;F;X
C. Timmermans (m) Torenstraat 12 AH;X
+K. Fontijn Boeroestr. 10 R
+W. Vlaskamp (m) v.d. Kloosterstr. 14 R
+W.J. Wolffram Singel 134 R
+H. Kooyman Spuiweg 102 F
+A.P. Weekhout Floresstraat 37 R
+K. de Jong Vriesestr. 18 R
+J. in "t Veld Nessestr. 68 R
+R. Fok Houttuinen 13 R
+J. Brinkhuis Aalscholverstr. 129 R
+L. Nieman Jul. van Stolbergstr. 28 R
+A. Verheijen Blanckenburgstr. 59 R
+L. Dubbel Vriesestr. 52 F
+R. Vervloet Wijnstraat 180 F
+K.P. de Bruin Bethlehemplein 18 R
+J.M. Vlaskamp (m) v.d. Kloosterstr. 14 F
+H. de Vries Vossiusstr. 49 M
+W. Kennedy van Baerlestr. 110 M
+A. Bezemer Maasstraat R
+J. de Jong Kon. Wilhelminastr. 54 R
+F. Schellenbach Hoofstraat 59 AH
+B.J.J. Uyterlinde Vondelstr. 5 R
+P. van Sighem Schansweg 40, Klundert M
+G.U.R. Boonstra M. Harpertsz. Trompw. 188 AH
+P. Wolst Voorstraat 441 R
Tot zover de ledenlijst, die op het moment dat hij uitkomt vermoedelijk niet meer up-to-date zal zijn.

 

"Luisteren naar Muziek"
=================

Wat een tijd geleden is het dat ik jullie in de Hobby Puk over muziek mocht vertellen. Weten jullie dat eigenlijk nog allemaal wel? Ik hoop dat jullie allemaal die Puks bewaard hebben. Lees ze nog eens door, dan kom je er weer in!
Wij hebben het symfonieorkest besproken, de dirigent, het programma van een concert en ik ben geëingigd met de belofte dat het volgende stukje zou heten "Babbeltje bij de piano" (zie 6e jaargang no 1.). En die belofte deed ik jullie naar aanleiding van de begrippen grote en kleine terts. Welna, zoek ergens een piano op en volg dan precies wat ik jullie ga vertellen. Zitten wij aan de piano? Jullie zien dan een reeks witten en zwarte toetsen. Als je die reeks achter elkaar aanslaat, dan speel je allemaal tonen die een halve toon van elkaar verwijderd zijn. Daar gaan wij van uit. Maar er valt veel meer op te merken. Jullie weten waarschijnlijk nog wel, dat er vroeger op school vaak gezongen werd in het do-re-mi systeem. Als jullie die reeks geheel zongen dan zong je do-re-mi-fa-sol-la-si-(!)do. Dus tweemaal do! Daar liggen zes tonen tussen: 6+2 (de beide do's) = 8 tonen. Dit wordt een octaaf genoemd. Probeer nu eens dat do-re-mi op de piano op te zoeken. Goed luisteren hoor! Wat merk je nu? Eén reeks heeft geen, alle andere hebben wel zwarte tonen! Ga nu niet verder voordat je van allebei deze reeksen een voorbeeld hebt gevonden. Begin te zoeken bij de witte toetsen. Neem deze witte toetsen telkens op een andere plaats. En bouw daarop de reeks do-re-mi. Je zult als je alle zeven witte toetsen gehad hebt merken, dat er maar een is, die je kunt spelen zonder zwarte toetsen. Dat is de reeks die begint met de toon c. Zo'n reeks noemen wij een toonladder. Pas op: ga niet verder als je die toon c niet goed hebt gevonden: luister en zing terwijl je de tonen (zacht hoor) aanslaat! Dus wij hebben de toon c. Even goed nadenken! Eerst vertelde ik jullie iets over do-re-mi enz. en nu heb ik het ineens over de toon c! Hoe kan dat? Omdat de werkelijke namen (en niet de zangnamen do-re-mi enz.) zijn: a-b-c-d-e-f-g-a; dus ook hier weer 2x de a! In deze reeks tref je de toon c. aan Nu eerst de woorden grote en kleine terts! Sla de toon c aan: c, de witte daarnaast is dan de d, de witte daarnaast weer: de e. Tussen deze drie witte toetsen liggen twee zwarte, zien jullie wel? Hieruit volgt dus, dat de drie tonen c-d-e twee hele tonen vormen. Dat noemen wij nu een grote terts! Dus: c – e = een grote terts. Wat is dan een kleine? Om die te krijgen moeten jullie van de toon e een halve toon aftrekken: dus voor de witte toets toon e de zwarte toon. Deze noemen wij es! Sla nu allebei de tertsen gelijktijdig aan; eerst c – e, dan c – es. Hoor je het verschil? De kleine terts bestaat dus uit een afstand van 11/2 toon, de grote terts uit 2 tonen! Niet verder gaan voor je dit goed gevonden en gehoord hebt!
Nu slaan jullie weer de toon c aan. We gaan nu even de namen van alle tonen noemen tussen deze c en de volgende.
Eerst dus de c: daarboven zit een zwarte toets. Die ligt een halve toon hoger: en wordt cis genoemd. (dus met het achtervoegsel is achter de naam van de noot) (uitspreken ies).
Daarnaast ligt weer een witte toets: de toon d. Maar pas nu op: als je een toon kunt verhogen, kun je hem ook een halve toon verlagen. Als de toon d verlaagd wordt, krijg je de daarvoor liggende zwarte toets weer: die toon heet dan des (dus met het achtervoegsel es). Denk goed na: de zwarte toets heet dus zowel cis als des, Dus: cis=des. Het zou dus zo kunnen worden weergegeven:
  cis
c     d
  des
En nu weer niet verder gaan voor je dit goed door hebt.
En tot slot gaan wij de hele reeks maken. Mag ik even een goede raad geven? Stel hem dan eerst zelf samen en lees dan pas hier verder.
  cis   dis    fis   gis   ais
C     D     EF     G     A     BC
  des   es     ges    s    bes
In totaal dus 12 tonen. Tussen elke toon bevindt zich een halve afstand. Tussen twee witte toetsen kan dus een halve toonsafstand liggen, tussen twee zwarte nooit.
Nog een gevolgtrekking! Vanzelfsprekend kan ook de F een halve toon verlaagd worden! Die toon heet dan fes! Maar: E-F is ook een halve toonsafstand; dus e=fes. En de E kan ook een halve toon verhoogd worden; die toon heet dan eis. Maar E-F is een halve toonsafstand; dus: eis=F. Dit geldt ook voor: Bis=C en Cis=B. Als jullie hier even goed over nadenken, lijkt het misschien wel ingewikkeld, maar het is dat beslist niet.

Beste vrienden. Dit lijkt droge theorie en misschien vinden jullie dit niet zo leuk. Bedenk daarom, dat wat ik je nu verteld heb heel belangrijk is, want die tonen vormen het klinkende materiaal waar alle muziek mee gemaakt is. Het is dus zeker de moeite waard dit goed te bestuderen. Daar zullen jullie altijd plezier aan hebben. Flink oefenen hoor!
Tot de volgende keer!

Ru Sevenhuysen.

========================================

IETS OVER DORDRECHT

Nu de sanering van Dordrecht steeds verder wordt doorgevoerd lijkt het me wel leuk even heel luchtig te dwalen door het oude en heel oude Dordrecht. Wie gaat er mee?
Dirk III vestigde zich omstreeks 1018 in de moerassige streek aan de Merwede, welke toen het bos de Merwede "Silva Merewido" werd genoemd, en begon daar het land te ontginnen, een kasteel te bouwen en een tol te heffen. De combinatie van de vestiging van Dirk III met het latere Dordrecht is heel goed te begrijpen, daar het bestaan van een vesting met tol in de Merwedestreek bijna zeker aanleiding moest geven tot het ontstaan van een stad en deze stad zou heel goed Dordrecht kunnen zijn. De Heer Mr. J. A. Fruin produceerde een boekwerk genaamd " De oudste Rechten der Stad Dordrecht". Toevallig las ik hierin artikel 124, over dobbelen:

item so wie dobbelen hantieren wil of eenigherhande
wedtspel, die mag verliesen zijn ghereedt ghelt dat
hi over hem heeft ende zijn overste cleet en de
darenteinden en Salmen niet aan hem houden.

In Februari 1200 zo staat in het oudste document dat in de gemeentelijke archiefplaats wordt bewaard, verlenen Dirk VII, Graaf van Holland, en zijn echtgenote Aleidis van Kleef aan de wantsnijders (lakenkooplieden) van Dordrecht het recht lakens te verkopen, zulks met uitsluiting van een ieder die geen lid van het gilde is. De wantsnijders hadden dus reeds een gilde en ook blijkt, dat er een onenigheid bestond tussen de leden en niet-leden van dat gilde over de bevoegdheid om lakens te verkopen. Naast deze nering waren er ook nog andere en ook wel ambacht, en we mogen wel zeggen dat Dordrecht omstreeks 1200 een stad van vrij aardige betekenis was.

In die tijd en later ging het heel genoeglijk toe met de administratie van de in- en uitkomsten van de stad. De inkomsten werden in volgorde van ontvangst doodgewoon onder elkaar op vellen perkament geschreven. Zo verging het ook de uitgaven. Dus zonder enig onderscheid of verdeling in rubrieken! Een aardig voorbeeld is de stadsrekening over de jaren 1284/5. De ontvangsten staan geboekt op 9 perkamenten stroken van verschillende lengte en breedte. De uitgaven op 24 stroken, eveneens van verschillende lengte en breedte.
Wandelen we verder door de geschiedenis dan zien we, dat op 14 augustus 1475 het Hof van Holland een uitspraak doet, waarbij aan de wijntappers in 's-Gravenhage verboden wordt, zulks op een boete van 50 gouden leeuwen, ergens anders wijnen te halen dan in Dordrecht. Als deze uitspraak momenteel nog zou gelden, dan zouden wij als Hobby Club er nog een beperking achter willen zetten en wel: alleen bij de adverteerders van de Hobby Puk. Helaas is zulks niet het geval.
Dordrecht heeft reeds in vroeger eeuwen vele feestneuzen voortgebracht. Het genoot grote faam door de geweldige feesten die het organiseerde b.v. bij de ontvangsten van graven, buitenlandse vorsten enz. Adriaan van Nispen, zeker geinspireerd door de feesten, dichtte in het eind van de 17e eeuw het volgende vers:

Te Dordt is 't altijd feest; men vindt er overvloedt
van bier en edel ooft en edel druivenbloedt,
en rijckdam en geneucht. Wie Dordrecht komt besoecken,
vergeet sijn coopmanschap en al sijn wijse boecken.
Compt vreemdelingh maer hier, hier vindt ghij gul onthael;
de wijnkan op den disch, de magistraet aen 't mael.

En om op een ander vlak eens een staaltje te vertellen: in het jaar 1538 was de gehele Dordtse bevolking in rep en roer. Wat was er gebeurd? Neeltgen Jans, weduwe van Jan Smit die met haar kinderen een herberg in Dordrecht exploiteerde, vermoordde, vaak met hulp en medeweten van de bijbehorende familieleden, dertien mensen. Zij roofde de goederen van de vermoorden en begroef de lijken onder de aarde in de kelder, welke verschrikkelijke moorden door "kloeck beleyt ende naerstig ondersouck van Schout Jan van Drenckwaert, ontdeckt ende aen den dagh gekomen zijn, nadat al eenige tijt vanwegen het vermissen der genen die daer 't huys gelegen hadden, de mompelinge onder 't volck gheweest was".

De verdachten werden eerst gevangen gezet op de Vuilpoort en na de "verhoren" die ongeveer een maand duurden, werden de vonnissen "met openbare clockengheslagh" van de pui van het stadhuis afgekondigd. Het stoffelijk overschot van de reeds overleden Jan Smit zou uit de gewijde grond worden opgegraven en naar het galgoord – dit was de Zwijndrechtse hoek van de Noord tegenover het Groothoofd – worden overgebracht. Het doodvonnis werd aan Neeltgen en de twee kinderen voltrokken.
In 1540 kwam Karel V weer eens op bezoek en weer was het groot feest met prachtige versieringen, optochten enz. De Keizer logeerde in het huis Blijenburg aan de Wijnstraat op de plaats waar na het gebouw staat waarin de Belastingen zetelt (Invoerrechten en Accijnzen). Het huis was echter voor de machtige vorst en zijn gevolg lang niet groot genoeg. De binnenmuren, waarmede het pand met de aangrenzende drie huizen was verbonden, werden derhalve weggebroken. De lagere leden van het gevolg werden in weer andere huizen ondergebracht.
Toen kwamen in 1572 de Watergeuzen in actie en hun optreden bracht ook de Dordtse bevolking in beroering. De regering van Dordrecht ging over tot het bestellen van zes tonnen grof buskruit en twee tonnen fijn kruit!
En dan komen we in 1618 bij de Nationale Synode, waar na zeven zittingen het punt bijbelvertaling helemaal rond was. De vertaling van de bijbel kwam er en het hele werk werd in 1637 tot een einde gebracht, dus nog binnen 20 jaren. De Hoogeerwaarde Heren vonden onderdak in de Kloveniersdoelen en zij kregen de beste verzorging die zij zich maar wensen konden.
Om iets over de Kloveniersdoelen te vertellen: (de voorzijde hiervan was aan de tegenwoordige Doelstraat). Dit gebouw is jammergenoeg roemloos ten einde gegaan. Van de Kloveniersschutters, eens zo glorieus, waren er in 1856 nog slechts 19 overgebleven. Het pand werd toen verhuurd voor vergaderingen en er werden openbare verkopen in gehouden en bruiloften gevierd. Bovendien vond zelfs een deel van de kermis er onderdak! Dan koopt de gemeente het gebouw voor de prijs van f.15.000.--. Dit vanwege het feit, dat er in de buurt van het gerechtsgebouw grond vrij moet komen voor het bouwen van een huis van bewaring.
Op de kloveniersdoelen bevond zich een merkwaardig torentje met in de bovenverdieping een draaibare vloer, de draaiom. Dit torentje maakt nu nog deel uit van het huis Crabbehoff, aan de Oudedijk. De draaiom is echter verdwenen. Ach, en dan kunnen we in 1872 al per spoor van Dordrecht naar Rotterdam en in 1885 naar Gorinchem. De stad breidt zich meer en meer uit, geheel nieuwe woonwijken ontstaan, die helaas niet veel specifieks Dordts hebben. Steeds meer verandert het stadsbeeld en het leven wordt voller en drukker en de intieme sfeer van het oude Dordrecht gaat verloren in al die wijdheid. Maar de pakhuizen langs of nabij de oude havens en de vele oude buurten vertellen nog altijd van hoe het vroeger was. En schrijvers en tekenaars hebben gelukkig heel veel geschreven en getekend, zodat het gemeente-archief goed gevuld kon worden en alles kon bewaren om het de belangstellenden te tonen, binnen het gebouw of op een tentoonstelling, zoals die werd gehouden in November 1960 in het Dordrechts Museum. (tussen haakjes dit museum organiseert vele voortreffelijke tentoonstellingen)! Toch valt er ook nu binnen en buiten Dordrecht nog veel te genieten. Ik denk hierbij vooral aan de Biesbosch, met een heel eigen flora en fauna. Door inpoldering en uitvoering van de Deltawerken zal het gebied verloren moeten gaan, reden waarom verschillende natuurliefhebbers in de pen klommen om te protesteren en om iets over al het schoons te vertellen. Een beschrijving van de Biesbosch is te vinden in het boek: Tussen Merwede en Amer (1952) door de Heren Dr.H. A. Schonhage en C. J. Verhey biol. drs.
Na al deze pagina's valt het me zwaar weer terug te gaan naar het heden, dat nu veel verder weg lijkt dan het oude, waarvan ik juist vertelde.

Corry Timmermans.

+++++++++++++++++++++++++++++++++++++++

Voorbereidingen voor de tentoonstelling.
==============================

Voorbereidingen treffen betekent actief zijn, en actief zijn betekent bevrediging vinden.
Dat er bevrediging in de lucht zat, viel meteen op toen je de H.C. binnenkwam. De kachel blosde van genoegen en iedereen keek prettig en werkte op een andere manier dan anders. Vooral de laatste dagen, toen het er op aan ging komen, sprong elk lid in de houding om iets groots te verrichten.
Uiteraard werd er altijd wat teveel hooi op de vork genomen, maar dat was nodig, tenminste als je stelt dat alles wat er teveel op ligt (op de vork) er af valt, waardoor precies de juiste hoeveelheid overblijft. Het werk, in dit geval de tentoonstelling kwam dan ook op een goed peil.
Alles prikkelde van werklust en overal doken verfraaïngen op. Ook het verzorgen van de uitnodigingen bracht leuke dingen mee. De enveloppen en het stencilpapier, altijd bewaard geweest in het submagazijn, vol geuren die zich daar in de loop der tijden hebben gevestigd. Zo zou je iemand een enveloppe onder zijn neus duwen en zeggen: "Ruik, Hobby Club sfeer". Geuren van roest, tabak, hout, van scheikundeproeven en heel in de verte van pepermuntjes. De bar werd versierd, en leek op een Parijs' terrasje in de lente. Vrolijk rode tafeltjes met gele stoelen, "welwillend afgestaan (in bruikleen) door de grootste ijsfabriek hier "ter stede". Groen-wit versiering van banen crêpe-papier tegen de zoldering. En dan een prominente figuur in de vorm van een eigengemaakte trap, leidende naar genoemde bar, die behalve de bekende mogelijkheid (vice versa) ook nog een gebroken vingerkootje opleverde voor Paul.
Niet te vergeten het podium, door Frits in elkaar gezet voor de toespraak van de Heer Van Meurs, waarvan door de Heer Van Meurs echter geen gebruik werd gemaakt, in verband met zijn lengte. En een prullemand, geverfd in de Hobby Club kleuren blauw-geel.
Er was trouwens overal geverfd bij in het oog springende plaatsen, zoals de werktafel van de afdeling Scheikunde en de wand langs de bartrap en de trap zelf.
Lampen werden verhangen, tafels verplaatst, zodat een beter overzicht verkregen werd; de laatste hand werd gelegd aan het ordeningswerk van het magazijn.
Afdeling Radio maakte de kopstukken onder de diverse apparaten in orde om op de tentoonstelling te pronken.
Er was van de "Modelbouwers" een vliegtuig te zien, terwijl tijdens de tentoonstelling reeds werd begonnen aan twee nieuwe kisten.
De "Artistieke Hobbies" gaven de wanden een vrolijker gezicht door het ophangen van tekeningen.
Afdeling Fotografie was ijverig bezig met het vergroten en afdrukken van foto's (wat erg leuk is).
De "Scheikundemannen" zetten ook een programma in elkaar. Zij namen op vastgestelde tijden proeven, die reeds waren uitgedacht en geprobeerd.
Op een woensdagavond werd de pers ontvangen en wel voor een oriëntatiebezoek. (Red: Midden in de rommet, die we toen maakten bij het alles in orde brengen) Allen waren enthousiast bij het doorkruisen van de verschillende afdelingen. Het was een drukke maar prettige avond.
Ook niet te vergeten de bandrecorder "M 75 K", in bruikleen afgestaan door de Telefunken N.V., die met veel vreugde werd ontvangen. Nu konden tijdens de tentoonstelling oude bandjes worden afgedraaid, o.a. dat waarop de burgemeester een vorige tentoonstelling opende.
En zo was dan eindelijk alles in orde en was er alleen nog het wachten op de Heer van Meurs en de vele genodigden, waarnaar we allemaal met veel spanning uitzagen.

c o r r y.

========================================

BALANS van HOBBY CLUB DORDRECHT over 1960.

In:     Uit:  
Saldi per 1-11960 f 184,03   Secretariaat f 48,97
Contributies f 392,20   Administratie f 16,08
Donaties f 135,50   Elektra + Waterverbruik f 190,80
Afdeling Radio f 703,00   Brandstof f 28,73
Subsidies f 125,02   Algemeen Beheer f 45,58
Hobby Puk f 229,90   Inrichting lokaal f 71,81
Hobby Club Vakantie Kamp f 573,20   Aanleg El. Installatie f 42,44
Debiteuren f 75,00   Gereedschappen f 29,80
Bar f 438,85   Hobby Puk f 443,75
Gelden ter verkrijging van Rechtspersoonlijkheid f 25,00   Afdeling Radio f 725,16
Diversen f 175,88   Afdeling Fotografie f 30,63
Nadelig Saldo    f 46,46   Afdeling Modelbouw f 36,85
      Afdeling Scheikunde f 0,90
      Afdeling Artist. Hobbies f 1,50
      Hobby Club Vakantie Kamp f 572,78
      Bar f 442,60
      Crediteuren f 276,50
      Diversen      f 85,28
  f 3104,04 =======     f 3104,04 =======
 


Per 1-1-1961 is in kas: f 98,36 en op de giro: f 87,38.

BEGROTING van HOBBY CLUB DORDRECHT over 1961

In:     Uit:  
Contributies f 500,--   Secretariaat f 50,--
Donaties f 200,--   Administratie f 25,--
Subsidies f 150,--   Elekektra + Waterverbr. f 150,--
Hobby Puk f 500,--   Brandstof f 75,--
Afd. Radio f 400,--   Algemeen Beheer f 150,--
Bar f 450,--   Inrichting Lokaal f 50,--
Overige inkomsten   f 300,--   Aanleg El. Install. f 25,--
      Afd. Radio f 700,--
      Afd. Modelbouw f 25,--
      Afd. Scheikunde f 10,--
      Afd. Artist. Hobbies f 25,--
      Afd. Fotografie f 50,--
      Bar f 300,--
      Hobby Puk f 353,54
      Rechtspersoonlijkh. f 100,--
      Onvoorz. Omstandigh. f 365,--
      Nadelig saldo     f 46,46
  f 2500,--     f 2500,--
 

 

voor wie dit leest

Een goede mens is in zijn duister streven zich altijd toch de rechte weg bewust.

Goethe.

De dappere moet aan gevaar het hoofd bieden, maar niet aan de pest van een moeras.

Napoleon.

Voor de moed is geen weg onbegaanbaar.

Ovidius.

De mens is meer een redenerend dan een redelijk wezen

Alex. Hamilton.

De minachting van sommige mensen is de grootste lof die zij ons kunnen toezwaaien.

Jean de Boisson.

Het is gemakkelijker een leeg hoofd te dragen, dan een vol.

Otto Weiss.

Als Adam weer op aarde kwam, zou het enige dat hij zou herkennen de oude moppen zijn.

Lord Thomas Dewar.

Niet door toorn, doch door lachen doodt men.

Nietzsche.

Niets is onnozeler dan onnozel gelach.

Cicero.

Als kinderen niets doen, doen ze kattekwaad.

Henry Fielding.

Indien de jonkheit niet en deugt. En geeft de schuld niet aan de jeugd;

de Vader zelf verdient de straf die haar geen beter les en gaf.

Jacob Cats.

Idealisten houden het oog op de toekomst gericht; als zij een blik in het verleden sloegen, waren zij geen idealisten meer.

Eric v. d. Steen.

Weinig ouders slaan tegenwoordig nog acht op wat hun kinderen tegen hun zeggen; de ouderwetse eerbied voor de jeugd is snel aan het uitsterven.

Oscar Wilde.

Wij hopen dat deze gezegdes door de leden begrepen worden. Red.

 

Daar ik het jammer vond, dat de boeiende artikelenserie "De Kracht van het Kleine" door het heengaan van Jaap Dortwegt aan zijn einde zou komen, heb ik de taak op mij genomen de vervolgen te schrijven.
Zoals jullie je nog wel weet te herinneren, was hij opgehouden bij het splitsen van atomen, d.w.z. op de drempel van de kernontleding en dus ook kernfusie. Voordat ik het hierover zal hebben, is het belangrijk dat jullie van de beroemde these van Albert Einstein betreffende de relativiteit, relativiteitstheorie genaamd, hebt gehoord. Hij formuleerde deze als volgt: E=mc2.
Jullie weet, dat een atoom is opgebouwd uit een kern (bestaande uit protonen met meestal neutronen), waaromheen elektronen in ellipsvormige banen cirkelen. Dat ellipsvormig is eigenlijk ook niet waar, want het zijn rozetvormige banen. Het proton heeft een elektrische lading, want het is positief, terwijl het elektron negatief is, en het neutron helemaal geen lading heeft. Hoe zwaarder een kern is, hoe meer protonen, maar speciaal neutronen aanwezig zijn. Nu weten jullie allemaal dat gelijknamige ladingen elkaar afstoten, wat wil zeggen dat zo'n kern, en dus wij ook, niet meer kunnen bestaan. Toch leven zowel die kern als wij rustig verder.Als ze bij elkaar blijven moet er dus een kracht zijn, groter dan alle afstotende ladingen tesamen, die ze bij elkaar houdt. Deze kracht noemt men de bindingsenergie. Als een kern in stukken wordt gebroken, of indien het een kleine was met een andere zou worden samengesmolten, dan komt iets van die bindingsenergie vrij. Nu is er een natuurkundige wet, die zegt dat energie noch geschapen, noch vernietigd kan worden. "Ja" zullen jullie dan zeggen,"maar waar komt zij dan vandaan?"
Het antwoord op deze vraag werd door Einstein gegeven met behulp van zijn formule E=mc2. Hij zie namelijk dat het mogelijk is de ene vorm van energie om te zetten in de andere.
E is de energie die vrijkomt, m de massa die wordt omgezet, terwijl c de lichtsnelheid is (300,000 km per secunde). In gewone taal omgezet betekent dit: Een stukje stof wordt omgezet in energie. Niets meer maar ook niets minder. Dat houdt dus in, dat de oorspronkelijke massa groter is dan de som van de nieuwe massa's. Het verschil is een gedeelte van de bindingsenergie.
In het kort zal ik jullie nu ook een definitie geven van het atoomgewicht en het begrip hiervan behandelen. "Het atoomgewicht van een element is het getal dat de verhouding tussen het gewicht van een atoom van dat element en een-zestiende van het gewicht van een atoom zuurstof aangeeft. Vermoedelijk zal dat eenzestiende deel van het gewicht van een atoom zuurstof moeilijkheden opleveren, en daarom zal ik aan de hand van enige voorbeelden proberen duidelijk te maken wat ik bedoel. Stel een atoom zuurstof voor door een appel. Deel die appel in zestien gelijke stukjes. Als die appel 16 gram woog, dan is het gewicht van ieder stukje 1 gram, dat is dus eenzestiende van het gewicht van de hele appel. Als ik dus zeg eenzestiende van het gewicht van een atoom zuurstof, bedoel ik eigenlijk het gewicht van eenzestiende deel van een atoom zuurstof.
Nu hebben jullie mij niet alleen horen praten over kernsplitsing, maar ook over kernfusie. Op deze begippen zal ik dieper ingaan. Daarom is het nodig dat ik een grafiek teken. Op de X-as zetten we de atoomgewichten af, op de Y-as dat deel van de bindingsenergie, die vrijkomt bij kernsplitsing.

De grafiek toont dat de vrijgekomen bindingsenergie positief is voor alle elementen zwaarder dan zilver (atoomgew. 108). Dit betekent dat er energie vrijkomt als een element met een atoomgewicht van bijv. 235 in stukken wordt gesplitst, althans de kern. Dit is dus de energie der kernsplitsing.

Voor elementen met een atoomgewicht kleiner dan dat van zilver is de bindingsenergie negatief. Er komt dus geen energie vrij, maar er wordt energie geabsorbeerd. Als zo'n kern gesplitst moet worden, zou je dus energie moeten toevoegen. Hoe maken we toch energie vrij uit deze lichte kernen? Heel eenvoudig, laat het proces in omgekeerde richting verlopen. In plaats van de kernen te splitsen worden ze samengesmolten tot een zwaardere kern, zodat er bindingsenergie vrijkomt, hetgeen men de energie der kernfusie noemt. Het laatste gebeurt in de sterren, maar dat heeft Jaap reeds uitgelegd. Het enige dat ik nog wilde zeggen, is dat het principe van de atoombom is gebaseerd op kernsplitsing, terwijl het principe van de waterstofbom berust op kernfusie. Tot de volgende keer zegt

P.J. van de Weg.

 

Zo langzamerhand begint het er op te lijken, alsof de Hobby Puk een door twee personen te vullen blad is. Overal zie je staan hetzij Corry, hetzij Paul. Ook dit stuk(je) vormt geen uitzondering op de regel, want deze rubriek, welke eerst werd verzorgd door Arend, valt nu ook al onder mijn verantwoording. Welke rubriek dat is, vraag je. Wel je ziet het met hoofdletters hier onder staan:

 

We keren weer terug naar Gaia, en wel met een bepaalde bedoeling. Als we de wereldruimte willen ingaan, zullen we toch eerst iets meer moeten weten van de luchtlagen boven ons hoofd.
De luchtmantel, die de aarde omgeeft, is ongeveer zo dik als de schil van een sinaasappel, indien we de aarde als de vrucht zelf voorstellen (zonder schil natuurlijk).
Het onderste gedeelte van deze schil, dat wij de troposfeer noemen, kennen wij vrij goed, want dit is de laag waar ons weer wordt gemaakt (mismaakt). De Heren Meteorologen vergeven mij deze manier van uitdrukken. Hierin komen verticale luchtstromingen voor, welke de koude of warme lucht van beneden naar boven (en omgekeerd, met dien verstande dat de koude lucht daalt en de warme stijgt) brengen. Daarboven, op ongeveer 12 km hoogte boven de zeespiegel, begint de stratosfeer, welke bij 30 km hoogte eindigt. In de stratosfeer komen alleen maar horizontale luchtstromingen voor, waardoor wolkenvorming ontbreekt. Hier heerst een gelijkmatige koude van ongeveer -60o Celcius. Na deze stratosfeer komen we in de mesosfeer, welke op 30 km hoogte begint met een Ozonlaag. Ozon is een gas, waarvan de moleculen uit drie zuurstofatomen bestaan, terwijl bij de gewone zuurstof die wij inademen de moleculen slechts uit twee atomen bestaan. Het wordt onder invloed van straling, afkomstig van de zon (?), met een kleine golflengte gevormd uit gewone zuurstof, waarbij drie moleculen gewone zuurstof twee moleculen Ozon geven. Bij dit proces stijgt de temperatuur, waardoor op 50 km hoogte weer het nulpunt is bereikt.
Boven de Ozonlaag wordt het weer kouder. Komen we echter nog hoger ( die raket waar wij thans inzitten heeft heel wat te verwerken), dan overschrijden we op een bepaald moment de grens van de mesosfeer, en stappen we de thermosfeer binnen. Deze begint op 100 km hoogte. Hier wordt het definitief warmer, vandaar de naam. Bij 150 km hoogte wordt het nulpunt weer overschreden en op 500 km moet men zelfs rekenen op een temperatuur van 1000oC.
Nu is dit niet zo erg als het wel lijkt, want de lucht is daar zo ijl, dat je er bijna niets van merkt. Het betekent alleen maar, dat de luchtmoleculen er een snelheid hebben, die ze bij ons op de begane grond slechts kunnen halen bij een temperatuur van 1000oC.
Boven de 500 km begint de exosfeer, die eigenlijk niets inhoudt, omdat je gerust kunt stellen dat daar reeds de vrije wereldruimte is. Maar ja, de mens is nauwkeurig en vindt, dat hij het iets grotere aantal moleculen, dat hij daar per inhoudseenheid telt, dan hij in het heelal verwacht, niet mag verwaarlozen, vandaar dat hij er een mooi naampje voor bedenkt.
Goed, wij zaten in de raket die deze proeven heeft gedaan, en we hebben behalve een thermometer ook nog andere meetinstrumenten meegenomen, o.a. een toestel waarmee we de geaardheid van de lucht kunnen vaststellen. Nu halen we dat instrument binnen boord en kijken dan. We fronsen de wenkbrauwen en snappen er niets meer van. Nog maar eens naar buiten met dat apparaat. Op een gegeven ogenblik, wanneer we het dan weer binnen boord halen, en er dan weer naar kijken, dan zullen we merken, dat onze vermoedens waarheid zijn gebleken. Hoe hoger je komt, hoe een grotere verandering de samenstelling van de lucht ondergaat. Bij de grond bestaat de lucht voornamelijk uitt stikstof en zuurstof (78% en 21%), maar in de allerhoogste regionen vinden wij bijna alleen maar lichte gassen, met waterstof als ongekroonde koning aan het hoofd.

Voor de mens is het maar een geluk, dat wij zoveel lucht boven ons hoofd hebben, want deze vormt als het ware een filter, die de enorme hoeveelheden straling opvangt, want anders hadden we allang het loodje gelegd. Dit filter laat slechts zo veel door, als voor ons nuttig en nodig is.

Dit hele verhaal was nodig, opdat jullie begrijpt met welke moeilijkheden we te kampen hebben op het gebied van de bemande ruimtevaart bij het verlaten van de aarde. En nu heb ik nog niet eens gesproken over de wereldruimte. Het eerste hemellichaam dat vermoedelijk bezocht zal worden door de mens is de maan. Voor het bereiken van de maan is een kleinere beginsnelheid vereist, dan de beroemde (en beruchte 11,2 km/sec). Toch scheelt het nog niet zoveel als je wel denkt, want voor de maan is nog altijd een snelheid vereist van 10,9 km/sec. We doen er iets meer dan vier dagen over en zitten dus nu ergens in de hemelruimte tussen de aarde en de maan, op weg naar de trouwe satelliet van moeder Gaia.

Nu moeten we wel een onderscheid maken tussen een reis om de maan, maar er betrekkelijk dichtbij, en het raken van de maan. Dit laatste nameljk is stukken gemakkelijker dan de reis om de maan heen. Bij de reis om de maan heen zouden we weer naar de aarde koersen, hetgeen betekent, dat wij zo nauwkeurig moeten weten te richten, dat hij er om heen gaat en dan ook inderdaad een cirkel om de maan beschrijft. Binnen een paar jaren zal vermoedelijk de eerste mens voet hebben gezet op de maanbodem, en dan is het nog slechts een kwestie van tijd en geld, voor een definitieve en permanente basis wordt ingericht. Vermoedelijk zal men hier vandaan proberen naar andere planeten te koersen, maar dat bewaar ik voor een volgende keer.

P a u l.

========================================

JAARVERSLAG VAN HOBBY CLUB DORDRECHT
over het jaar 1960.

Bestuur:Op zaterdag, 23 januari 1960 trad het oude bestuur bestaande uit Ries Fok, voorzitter; Urs Brunner, secretaris; Leen Moret, penningmeester; Cor Hello, materiaalcommissaris en Wim de Leeuw van Weenen, algemeen adjunct af, en werd een nieuw bestuur verkozen, waarvan de verdeling er als volgt uitziet: Ries Fok, voorzitter; Rien Busink, secretaris; Wim de Leeuw van Weenen, penningmeester; Henk Hilbink, materiaalcommissaris en Cor Hello, algemeen adjunct.
Ries Fok kon wegens drukke werkzaamheden elders de functie van voorzitter niet meer bekleden, weshalve hij aftrad. Het bestuur besloot toen tijdelijk een voorzitter te kiezen die de rol van overbrugger moest spelen, namelijk van Ries naar de permanente voorzitter. Op 7 mei werd Wim daarom voorzitter, terwijl Joke van der Brink secretaresse werd en Rien Busink de taak van penningmeester op zich nam. Ook Cor Hello had op een gegeven ogenblik geen tijd meer voor het bekleden van een bestuursfunctie, waarna ook hij aftrad. Inmiddels was duidelijk gebleken, dat meer dan ooit nu nodig was dat de permanente voorzitter werd gekozen. Vooruitlopend hierop namen in oktober 1960 Dirk Jan Jongeneel en Corry Timmermans de taken op zich van penningmeester en secretaresse, waarbij Joke van der Brink en Roelf Schouten, die de plaats had ingenomen van Cor Hello, aftraden, terwijl Rien Busink algemeen adjunct werd. Op 12 november werd eindelijk het definitieve bestuur kandidaat gesteld.
Het bestond uit de volgende personen: Paul van de Weg, voorzitter; Corry Timmermans, secretaresse; Dirk Jan Jongeneel, penningmeester; Henk Hilbink, materiaalcommissaris en Rien Busink, algemeen adjunct. Eind december constateerde dit bestuur, dat het ledental van de Hobby Club de vijftig had overschreden, waarna zij het reglement raadpleegde en merkte dat in zo'n geval het bestuur moet bestaan uit 7 leden. Daarom werd op woensdag 28 december het bestuur uitgebreid met Matthy Vlaskamp en Frits Jongeneel. Matthy werd 2e secretaresse, terwijl Frits de functie kreeg toegewezen van algemeen adjunct. Rien Busink werd toen ass. materiaal commissaris.en comm.
Algemeen: In het totaal zin er 6 algemene ledenvergaderinen gehouden en 12 bestuursvergaderingen. Tijdens enige van deze bestuursvergaderingen in 1960 werd het grootste deel van het huishoudelijk reglement goedgekeurd. Wat de statuten betreft, het door Gijs getypte ontwerp (Dank je wel, Gijs. Je hebt het gedaan toen je geen lid meer was en wij jouw taak overnamen, waardoor je ons veel werk bespaarde.) werd behoudens een onbelangrijke wijziging op 12 november goedgekeurd.
De tentoonstelling te houden in verband met het tienjarig bestaan van de Hobby Club, welke op 25 februari zou beginnen, werd naar een nader te bepalen datum verschoven. De door Wim de Leeuw van Weenen benoemde verhuiscommissie, die als taak kreeg alles te doen wat bevorderlijk zou zijn voor de Hobby Club's verhuizing (bedoeld is natuurlijk de verhuizing van de Hobby Club van het pand Hellingen no 7 naar een nog niet bepaald nieuw pand), trok toen de organisatie van de tentoonstelling aan zich en bepaalde deze van 27 t/m 31 december. Zij is in vele opzichten een groot succes geweest.
Zaterdag, 27 augustus, was Arend (een vroegere voorzitter) voor de laatste maal in 1960 op de Hobby Club. Hij zou namelijk naar Amerika vertrekken voor de tijd van ongeveer 1 jaar. Op die dag werd hem, als bewijs van dank voor alles wat hij heeft gedaan, het boek "De langste dag" geschonken. In Oktober begon de toevloed van nieuwe leden, waaraan nu nog geen einde is gekomen. Eind oktober probeerden de redactieleden, gehandicapt door een kapotte stencilmachine, de enige Hobby Puk welke dat jaar verscheen, uit te brengen. Bij deze poging slaagden zij er in meer papier nodig te hebben voor het produceren van afval, dan dit verschenen nummer in het totaal benodigde.
De van 23 tot 30 juli gehouden kampweek is een groot succes gebleken.
Allerlei kleine, maar daarom toch wel belangrijke, veranderingen vonden plaats. Het plan bar naderde weer iets meer de voltooïng, aangezien de geprojecteerde trap gereed kwam.
Ook het magazijn kreeg enige belangstelling te verduren. De archieven, welke in het sub-magazijn altijd een hinderlijk grote plaats innamen werden verhuisd naar het grote magazijn. Verder is er een TL-balk in het magazijn gekomen en was men bezig alles op te ruimen. Tegen het verschijnen van dit nummer zal daarom wel het magazijn volkomen klaar zijn.
Inrichting clublokaal: In februari werd door vele leden in de muur een sleuf gehakt, waarin de elektriciteitsleiding werd verborgen, daar zij weer (na het inbrengen van de buizen) werd dicht gecementeerd. Wim Punt gaf de wasbak bij afdeling Scheikunde een nieuw geraamte, op welke zij sinds februari 1960 rust. Boven de tafels van afdeling Modelbouw en afdeling Artistieke Hobbies, evenals in de bar, verschenen TL-balken. Hierdoor is het mogelijk geworden, dat het lokaal tegenwoordig in theorie minder stroom verbruikt (al blijkt de praktijk meer te houden van het tegenovergestelde).
De bar zelf werd geverfd door Joke en Paul, terwijl Jaap van Dijk de ramen een kwastje gaf, bestreken met verf. Op 12 november werd een nieuwe afdeling opgericht, te weten Astronomie, door Ries, Dirk Jan en Paul.
Hobby Puk: De Hobby Puk verscheen dit jaar maar een keer, wat te wijten is geweest aan vele oorzaken. Het feit dat de oude redactie plaats heeft gemaakt voor een nieuwe, nog niet ingewerkte, redactie heeft hier ook nog een steentje bij gedragen. Verder was er nog het eindexamen van een van de redactieleden. Toen echter eind september alles in gereedheid was. en we de tekeningen opstuurden naar Gestetner, bleken weer enige niet vermoede moeilijkheden door ons getrotseerd te moeten worden. Bij het afdraaien van de stencils kregen wij tot overmaat van ramp nog de onvrijwillige medewerking van een papierverslindende Moloch (zijnde een stencilmachine welke volgens de deskundigen niet kapot was, maar waarvan toch absoluut niet gezegd kon worden dat zij goed was, aangezien op iedere vier gestencilde bladen gemiddeld maar één bruikbaar vel werd geproduceerd) die ons direct de vuurdoop deed ondergaan.
Groep-X: Op 7 mei werd groep-X uitgebreid met vijf nieuwe leden, n.l. Wim de Leeuw van Weenen, Ans Stolk, Cor Hello, Ries Fok en Paul van de Weg. Groep-X heeft weinig laten zien, maar achter de schermen des te meer verricht. Bovendien treedt zij nu weer in het volle daglicht, aangezien zij voor afdeling Astronomie een telescoop gaat maken, waarvan aan het ontwerp reeds wordt gewerkt (door groep-X leden natuurlijk) en dat bij het verschijnen van dit nummer wel klaar zal zijn. Verder heeft groep-X de scope weer een heel eind naar zijn voltooïng de weg gewezen, door het bevestigen van nieuwe weerstanden e.d. in de grote kast die hiervoor is gemaakt.
Afdeling Radio: Van deze afdeling kan gezegd worden, dat het een zeer onregelmatig werkende afdeling is (dat kan van alle afdelingen gezegd worden, maar van deze in het bijzonder). Er werden onder andere verschillende peildozen gebouwd, welke noodzakelijk waren voor de in het Hobby Club kamp te houden vossejachten. De eindversterker kwam dit jaar eindelijk in zijn definitieve (?) form gereed. Verder werden er geluidsinstallaties voor de gemeente Dordrecht geproduceerd.
Afdeling Fotografie: Voor fotografie gaat de toekomst er wat rooskleuriger uitzien, mede dankzij het nieuwe vergrotingsapparaat voor kleinbeeld, dat is aangeschaft, Buitendien zijn ze in de donkere kamer vaak bezig foto's te ontwikkelen en af te drukken. We kunnen dan ook gerust stellen, dat fotografie een regelmatig draaiende afdeling is geworden, hetgeen alleen maar de prestaties ten goede kan komen.
Afdeling Modelbouw: Deze afdeling is in het laatste kwartaal van het vorige jaar uit een Doornroosjeslaap ontwaakt, en is toen aan het werk geslagen. Het leek, als of alles wat tevoren niet gedaan was nu ook nog in dit korte tijdsbestek moest worden klaargemaakt. Prullemanden, welke zeer veel gebruikt worden; podia, welke niet gebruikt worden, maar daarom toch niet slecht zijn; modellen van vliegtuigen, welke nu in de vrije natuur zullen moeten worden beproefd enz,enz.
Afdeling Scheikunde: Na hun eindexamen zijn enige leden van afdeling Scheikunde van de Hobby Club vertrokken. Slechts Paul en Dirk Jan zijn overgebleven, maar ook zij hebben weinig tijd meer over voor hun afdeling. Dirk Jan moet dit jaar zijn eindexamen doen (evenals Ries), terwijl Paul in Leiden studeert. Dit betekent, dat er nieuwe leden zullen moeten worden aangetrokken voor deze afdeling.
Afdeling Artistieke Hobbies: Deze afdeling heeft dit jaar zeer veel van zich laten horen, ondanks het gebrek aan materialen. Niet alleen tekeningen werden gemaakt, maar we tellen nu ook op deze afdeling een jongen als lid, die beeldhouwt en boetseert. Door dit voorbeeld zijn de andere (meisjes)leden hun krachton ook op dit gebied eens gaan beproeven. Bovendien wordt er linoleum gesneden en tussen neus en lippen door produceren ze gouaches. Wanneer worden het etsen? (of schilderijen)
Afdeling Omroep heeft dit jaar uiterst weinig van zich laten horen, maar dit is te excuseren, indien men weet dat er zoveel dingen tegelijk gedaan moeten worden, dat de leden wel iets moeten laten schieten. In 1961 komt hier verandering in, beloofde de instructeur van de betrokken afdeling.
De benjamin, afdeling Astronomie, heeft nog helemaal niets van zich laten horen, maar dat kon ook niet anders, daar de telescoop nog niet is gebouwd. Toch hebben de leden van die afdeling er wel hun aandacht aan besteed, getuige het feit dat de boeken over astronomie plotseling opdoken in het lokaal, in de handen van de leden van Astronomie.

Redactie.

Overzicht van de daden van de hardwerkende Commissie.
===========================================

De commissie (oorspronkelijk alleen maar Verhuiscommissie) hield haar eerste vergadering op 16 juli. Leden waren toen Corry Timmermans, Dirk Jan Jongeneel, Paul van de Weg, Rien Busink en Roelf Schouten. Later kwam Joke in plaats van Roelf, terwijl nog later Frits Jongeneel en Giel van der Panne er ook zitting in namen.
Had de verhuiscommissie eerst slechts één taak, n.l. de verhuizing goed voor te bereiden, later veranderde dit en bleek dat deze commissie bij uitstek geschikt was alle netelige problemen op te lossen. Spoedig bleek dit uit de daden van de commissie. Zij ging namelijk van de opzet uit, dat als deze commissie haar werk goed wilde verrichten, zij de verhuizing niet alleen als een verhuizing moest zien, wat louter technische details voor ons betekende, maar tevens als een onderdeel van een plan alles zo goed mogelijk voor ons te laten verlopen. Daarom bekeek de commissie ook kanten van deze zaak die voor de niet-ingewijde voldoening en verbazing zullen geven.
Wat de nieuwe ruimte betreft, het is ons tot op heden nog niet mogelijk geweest de hand te leggen op een pand dat voor ons doel goed is. Hadden we er een, dan bleek het weer onmogelijk te zijn voor ons om er in te trekken, in verband met wat voor reden dan ook. En werd er ons een aangeboden ( één maal, waarvoor wij de gever bij deze nogmaals dank zeggen), dan bleek het voor ons onaanvaardbaar.
Zodoende moeten we maar weer wachten, totdat het ons lukt een behoorlijke ruimte in beslag te nemen (met toestemming van de eigenaar).
Een andere daad van de commissie was het organiseren van een tentoonstelling, die zij nodig achtte. Van deze tentoonstelling kan gezegd worden, dat zij een groot succes is geworden.
Verder besteedde de commissie nog tijd aan het stabiliseren van de toestand op de Hobby-Club, want dat was een eerste vereiste voor haar. Later, toen zij veranderd werd in een permanente commissie, kreeg zij een adviserende taak in bijna alle moeilijkheden. Het strekt de commissie tot eer, dat van haar in dit verband kan gezegd worden dat zij uitstekend voor haar taak was en is berekend. Maar uiteindelijk was dat de bedoeling bij het in leven roepen van deze commissie.

p a u l

ELF JAAR HOBBY CLUB DORDRECHT

Op 25 februari 1950 werd de Hobby Club gesticht. Inmiddels zijn elf jaar verstreken, en indien we de resultaten bekijken, welke die elf jaar hebben opgeleverd, dan geloof ik, dat we reden hebben dankbaar te zijn.
Vele Hobby Clubs hebben bestaan, maar thans zijn er van al die H.C. 's (±90) nog maar drie over. De oudste van deze drie is de ons zo bekende en geliefde Hobby Club Dordrecht. Hoe komt het, dat hier deze idee wel wilde lukken? Misschien (en vermoedelijk) omdat er een bepaald groepje was, dat er voor zorgde dat steeds het oog word gehouden op de toekomst. Allerlei plannen werden gemaakt, waarvan niet altijd het directe nut werd ingezien, maar die nu hun rente opbrengen.
Bijna ieder jaar gaat weer beter dan het vorige. Van alle k kanten ondervinden wij medewerking, die ons tot grote vreugde en dankbaarheid doet stemmen. Het bewijst, dat er toch nog vertrouwen kan gesteld worden in "de jeugd van tegenwoordig". Laten wij dit vertrouwen, dat in ons wordt gesteld, niet beschamen!
Wat zal de toekomst voor ons brengen? Als een zwaard van Democles hangt ons de sanering van ons clublokaal boven hot hoofd, en we zijn dan ook koortsachtig bezig te zoeken naar een geschikt pand, waarin we kunnen huizen. Het moet mogelijk zijn zoiets te vinden, en we vragen daarom bij deze aan alle leden ook uit te kijken naar een geschikte ruimte.
Momenteel hebben we ± 55 leden, waaronder 9 meisjes. (Bij het typen van dit stukje zijn het er al 10 geworden)
Voor hun moet gezorgd worden, en het is dan ook niet meer dan logisch, dat het bestuur hier een aantal meisjes en jongens voor heeft aangewezen.
De inrichting van het lokaal heeft langzamerhand zijn tijd gehad. Tegenwoordig is er niet zoveel meer, van direct belang, dat we nog moeten doen. Hoogstens iets afmaken.
De studio's zijn bijna klaar. Het enige dat er aan ontbreekt is een in werking zijnde Hobby Club zender, waavoor een vergunning moet worden aangevraagd, en enige meetapparaten. Maar groep-X, hoeveel ze nu ook te doen heeft, nam de uitdaging aan en heeft gezegd dat ze ondanks de pick-up versterker combinaties, die ze moet bouwen, toch nog kans ziet uiterlijk 31 augustus klaar te zijn met de universele oscillograaf met drie beeldbuizen. Voor de telescoop kan ze geen datum noemen, daar zulks volkomen nieuw is.
In mei begint een lid van groep-X, in antwoord op een vraag van afdeling Scheikunde, een zuurkast te ontwerpen, waarna de leden van Modelbouw en Houtbewerking hem wel kunnen maken. Datzelfde lid gaat ook zijn krachten wijden aan een ontwerp voor de inrichting van de bar, waarna de uitwerking weer aan de gewone leden (het hoeft niet persé zo te zijn, dat jullie dan lid moet zijn van Modelbouw en Houtbewerking) wordt overgelaten. Groep-X zelf is dan bezig met het maken van de telescoop, terwijl tijdens het typen van dit stukje reeds gewerkt wordt aan het ontwerp van een tweede telescoop. Bestaat de eerste uit o.m. een parabolische spiegel, de tweede zal alleen maar lenzen kennen.
Het magazijn is bijna klaar. De toegang er toe is reeds afsluitbaar, maar nog niet alles is uitgezocht en gecatalogiseerd. Zo liggen bijvoorbeeld alle weerstanden door elkaar in een lade.
De redactie heeft een nieuwe typemachine aangeschaft, wat nodig was, omdat Gijs de zijne weer terug nam. Gijs, van harte bedankt voor het mogen gebruiken van jouw machine. De nieuwe is inmiddels volledig afbetaald, en dus eigendom van de redactie. Niet van de Hobby Club, daar die er niets over te zeggen heeft, en er zelfs niet mag aan komen. Evenals de stencilmachine mag de typemachine slechts gebruikt worden door de secretaresse en de redactie.
Door Paul en Frits zal de bibliotheek worden klaar gemaakt. In de studio's zullen nog kastjes onder de meetplank komen, maar daar zal op zijn vroegst eind oktober aan begonnen kunnen worden.
Afdeling Radio wordt gereorganiseerd, en binnen enige tijd zal er voldoende gereedschap zijn.
Het submagazijn wordt opnieuw bekeken, en desnoods volledig gereorganiseerd ( Dit is ook weer werk voor de redactie. Wanneer zenden jullie een stukjes in, zodat wij wat meer tijd voor andere dingen hebben? Red.) terwijl er ook een of andere vorm van afsluiting zal komen.
Het elektriciteitsnet, dat momenteel alleen maar schijnt te bestaan uit overal bungelende draden zal volledig worden geschoeid op een zeer kritische leest.
Ries Fok gaat na zijn eindexamen weer theorieles geven aan de "Radioërs", terwijl hij de stencils voor deze cursus al heeft klaar gemaakt. Paul gaat diegenen, wier werk lijdt onder de Hobby Club bijstaan met raad hoe zij zoiets moeten oplossen. (Dit betekent dus niet, dat hij hun huiswerk gaat maken.)
Voor de scheikundetafel, die momenteel lijdt onder de gevolgen van in aanraking komen met salpeterzuur is een plaat asbesth beschikbaar.
Er zullen gemakkelijke stoelen worden gemaakt voor de bar. Bovendien zal er een koepel worden gemaakt, waarin de sterrekijker komt.
De redactie is nu reeds bezig met de copy van het volgende nummer (en hoopt dat zij wanneer deze keer de redactiebus wordt geopend, copy vindt) zodat verondersteld mag worden met een zekerheid van meer dan 90%, dat in juni reeds een nieuwe Hobby Puk verschijnt.
We zijn dus heel wat van plan, dat zien jullie wel.

Dirk Jan.

P U K S   P E I N S   P A G I N A

Blijkbaar zijn er onder de lezers niet veel vakbekwame metselaars en als zij er wel zijn, dan hebben zij daar in ieder geval niet veel van laten merken. Ik ontving tenminste maar drie (goede) oplossingen. Toch is het antwoord van de vorige puzzle niet bijster moeilijk, zoals uit het onderstaande moge blijken:
Emmer van:

12l.

12

5

5

10

10

3

3

8

8

1

1

6

7l.

0

7

2

2

0

7

4

4

0

7

6

6

5l.

0

0

5

0

2

2

5

0

4

4

5

0

 

De inzender, wiens goede oplossing ditmaal beloond wordt met een prismaboekje is:

Giel van der Panne,
Weteringsingel 24,
PAPENDRECHT.

De nieuwe puzzle luidt als volgt:
Iedereen heeft bij de jaarwisseling zijn eigen wensen gehad. De een vindt, dat de tijd te snel gaat en wil dat zij wat langer duurt, een ander wenst dat zij wat sneller voorbijgaat.
Twee uurwerken schijnen daar al niet anders over te denken, want het ene uuwerk loopt per etmaal 10 minuten vóór, terwijl het andere per 24 uur 5 minuten achter loopt. Als beiden op 1 januari om 12 's middags worden gelijk gezet met de werkelijke tijd, wanneer zullen zij dan weer gelijk lopen? Welke tijd wijzen zij dan aan?
De oplossing van deze puzzle wordt van iedereen verwacht aan het adres van:

A.S. Fok jr.
Houttuinen 13
DORDRECHT.